gezinshuis

gezinshuis
de morgenster

dinsdag

logeerpleeg

Aan het heerlijke weekend komt een eind. Halverwege de zondagmiddag komt één van de oudere pleegjes me halen. Mama, logeerpleegje ligt op de trampoline heel hard te huilen. Ik ga hem halen. Mijn hart breekt. Hij is zo verdrietig. Ik neem hem mee nar binnen en vraag of hij kan vertellen waarom hij zo verdrietig is. Ik weet het natuurlijk wel. Het afscheid nadert. Hortend en stotend komt het verhaal eruit. Mama Jenny, ik wou dat ik alles overnieuw kon doen. Dat ik weer hier woonde en niet steeds zo heel erg boos zou worden en u uitschelden en alles verknallen. Maar dan zou ik het anders doen. Ik sla mijn arm om hem heen. Hij kruipt heel dicht tegen me aan. Jongen: zeg ik. Het is niet jou schuld dat je hier niet meer woont. Je mag jezelf niet de schuld geven. natuurlijk heeft jou gedrag ermee te maken gehad. Maar dat gedrag komt ergens vandaan. Er is zoveel gebeurt in jou leven dat ik snap dat je soms heel boos bent. Wij hadden zo gehoopt dat je een goede plek zou krijgen en daar nog meer zou leren omgaan met jou boze buien. Maar dat was mis. Daar heb jij geen schuld aan. Ik vraag hem hoe ik hem kan helpen. Want als ik nu de groep ga bellen dat je niet meer terug komt heb ik binnen een uur de politie op de stoep hoor. Hij lacht. ja dat kan niet. Maar kunt u er niet voor zorgen dat ik weer hier kan wonen? Ik zucht. Oh, kon ik hem maar iets beloven. maar dat kan gewoon niet. Ik leg hem uit dat ik daar niet over ga  Dat zijn eigen mama, en zijn voogd en ook de pleegzorg instanties en de voogden van de andere kinderen daar allemaal wat van gaan vinden. Hij knikt,. Gepokt en gemazeld met de hulpverlening snapt hij dat wel. Ik ga je wel wat anders beloven. Ik ga in elk geval in gesprek met mama en met jou voogd en met de groepsleiding om ervoor te zorgen dat jij een beter plekje krijgt. Hij knikt. Zullen we dan nu nog maar even gaan genieten van de rest van de middag? Hij vliegt weer naar buiten en gaat spelen.
Nog geen half uur daarna is er ruzie. ja pleegje is pleegje en als het niet gaat zoals hij wil gaat het nog steeds weleens mis. Hij is buiten de tuin in een hoek gaan zitten. Als André hem gat halen komt hij mee. Voorheen rende hij weg en ging hij helemaal uit zijn stekker. "Toch nog wat geleerd".?
En dan is het half 5 en moet de reis weer worden gemaakt. Zo ontzettend jammer dat de afstand zo groot is. Anderhalf uur rijden. Hij klemt zich even helemaal aan me vast en de tranen komen weer. Ik ga snel een nieuwe afspraak maken hoor.!
Als André die avond thuis komt loop ik inmiddels krom van de rugpijn. Mijn zwakke plek. Ook André is down. Hij moet nog even onze zoon thuis brengen en beide hebben we geen puf meer voor een gesprek. Dat komt morgen wel. André was erg onder de indruk van de plek waar pleegje woont. Jenny, het is gewoon een gevangenis. Een lange gang met deuren die allemaal met een pasje open moeten. Zijn kamer lijkt op die van een cel. Hij heeft foto's gemaakt. We zuchten. Wat moeten we nu hiermee? Dat dit geen plek is waar hij thuishoort is wel duidelijk. Maar waar dan wel? En hoe?
Maandag gaat het iets beter met mijn rug. Langzaam doe ik mijn huishoudelijke dingen.
 En dan belt pleegje weer. Helemaal verdrietig. Mama Jenny, ik was boos. Ik heb beloofd om het niet meer te worden, maar ik werd het wel. Ik vraag wat er gebeurde. Ik zat op school en ik vroeg drie keer om hulp en die kreeg ik niet. En toen wilde ik een time-out omdat ik boos werd maar dat mocht eerst niet en later kwam de groepsleiding me halen en gooide me in de time-out kamer. En nu is mijn hand en pols helemaal blauw.
 Ik snap het. Als dit pleegje boos is moet je hem vaak fysiek begrenzen, maar hij is zo sterk dat je hem niet altijd pedagogisch verantwoord kan pakken. En dan heb je blauwe plekken.
Ik probeer hem rustig te krijgen. Dat lukt. Als we samen in gesprek zijn helpt dit hem om rustig te worden en ook te kijken naar zijn aandeel. Hij beloofd zich nu rustig aan de regels te houden en ook zijn straf uit te zitten. Want die heeft hij gekregen.  Weer vraagt hij of hij het opnieuw mag proberen bij ons. Ik leg hem uit dat het nu lijkt of het bij ons allemaal zo fijn was. Maar dat het ook weleens anders was. Dat hij ook straf kreeg en dat ik hem ook vaak vast moest pakken. Dat hij bij ons niet zoveel op de telefoon en tablet mag dan nu op de groep. Ja, maar bij jullie kan ik buiten spelen. En dan ben ik moe genoeg om te slapen. Ja, hij krijgt nu medicatie om te slapen. Maar hij komt ook bijna niet buiten. Zijn school is in dezelfde gang als zijn slaapkamer. Daglicht ziet hij bijna niet.
Ik beloof snel in gesprek te gaan. Ik wil de mensen in de instellingen niet afvallen. Ze doen hun werk zoals het ze is opgedragen. Het is fijn dat er daar nog mensen werken met bezieling. Die ook wel zien dat het voor veel kinderen geen goede plek is. Instellingen moeten er ook zijn. Want er is altijd een groep kinderen die voor een tijdje beter af is in een leefgroep. Maar daarna moet er toch iets anders zijn. Dit pleegje heeft al in nog geen twee jaar zijn tweede plek. De meeste groepen mag je 1 tot 2 jaar wonen. dan heeft hij dus nog zo'n vier groepen te gaan. En dan gaat hij los, want hij heeft niets meegekregen. In iedere groep beginnen ze overnieuw. Zijn jaar op deze groep is bijna voorbij. En dan?
Soms zou ik willen dat ze vanuit Den Haag eens komen kijken hoe deze kinderen wonen. Is dit wat we willen? Wat is het resultaat als deze kinderen volwassen zijn. Hebben we niet veel beter resultaat als deze kinderen in gezinnen kunnen wonen? Daar moet in worden geïnvesteerd. Maar nee, ze willen zelfs de pleegzorgvergoeding afschaffen. Het moet maar vrijwilligerswerk worden.  Als we hier meer geld in pompen is het op termijn veel goedkoper  dan al die instellingen. En de kinderen zijn erbij gebaat om op te groeien in een gezin.
Maar ja, wie ben ik? Ook maar een gewone gezinshuis moeder. Wie luistert daar nu naar?
Ik hoop in elk geval dat de mensen die met dit pleegje te maken hebben, naar me willen luisteren en dat we tot een oplossing komen.

zaterdag

vakantie

Maandag. De eerste vakantie dag en de eerste dag dat ik een stagiaire heb. Dat is even wennen. Maar dat wennen gaat snel. De kinderen zijn heerlijk heel de dag bezig gehouden met allerlei spelletjes. En ik kon heerlijk doorwerken in huis. Koffers pakken, de was zoveel mogelijk weg en de boodschappen in huis.
Dinsdagochtend reden we zo rond 10 uur weg. Het was stil in de auto. Alle kinderen waren verdiept in hun spelcomputer of dvd-speler. Toen we bijna op plaats van bestemming waren kreeg één pleegje het in de gaten. Ik zie De Efteling op de borden! We gaan naar de Efteling!!,denk ik , komt er weifelend achteraan. Ik knik. Ja, we gaan naar de Efteling.

 En wat hebben ze genoten. De aankomst dag was het heel rustig, dus geen lange wachtrijen. Heerlijk eten en dan in het sprookjeshotel slapen. Ik moet zeggen dat het super goed gegaan is. André bleef thuis. Die had nog heel veel te doen voor school en kon zo goed doorwerken. De meiden sliepen onder leiding van onze stagiaire en de jongens onder mijn begeleiding. Ondanks alle prikkels die ons jongste pleegje kreeg in het park heeft hij het super goed gedaan. Op één keer na, niet boos geweest. En die ene keer viel gelukkig mee. We hadden poffertjes besteld. Na de bestelling wilde hij toch iets anders en toen hij zijn poffertjes kreeg dreunde hij op tafel(stuiter deed zijn bord) en riep: ik wilde een big menu. Ik keek hem even goed aan en ik zag dat hij echt probeerde om rustig te blijven. Toen hij zag dat iedereen een even groot menu had maar dat de topping anders was, was het goed en heeft hij alles smakelijk opgegeten. Soms liet ik me overhalen om ook in één van de attracties te gaan. maar dat is aan mij niet echt besteed. Al moeten de kinderen er wel erg om lachen als ik naast hun zit en heel hard in hun handen knijp als ik het eng vind. Zij vinden niets eng. Ze vliegen overal in. Na drie dagen waren ze het nog niet zat en wilden nog wel langer blijven.


En dan is het vrijdag. En dan moeten ze allemaal even omschakelen. Een kater? Het lijkt erop.
 De was is enorm. Ik wil even door het huis vliegen. Maar dat lukt maar matig. Er klinkt een hoop gemopper als ik vraag of ze allemaal hun kamers willen opruimen zodat ik kan stofzuigen. Uiteindelijk gaan ze aan de slag. Als ze klaar zijn en de speelkamer ook gedaan is mogen ze spelen. Ze gaan schooltje spelen. Het gaat een hele tijd goed totdat...
De jongste begint met vervelend gedrag en dit ontaard is een echte vechtpartij. Ik ben deze ochtend alleen. André is naar Limburg om ons logeer pleegje op te halen. Ik baal, want ik wil doorgaan. Drie dagen investeer je en dan is een ochtend teveel gevraagd. Voor ik er erg in heb sta ik zelf mee te schreeuwen met de rest. Dochterlief merkt dit even fijntjes op en ik baal, van mezelf. Waarom laat ik dit gebeuren? Ik neem even een time out. De kinderen schrikken van mij. Ze zien dat ik er echt even doorheen zit. Het is niet zozeer de ruzie die ze maken, maar meer de brutale opmerkingen daarna en het schuiven van de schuld op een ander. Het maakt me niet uit wie er begint. Als je direct naar mij was gekomen was het niet zo geëscaleerd. Dan had ik de stoorzender eruit gehaald. Maar dat kan je niet vaak genoeg zeggen. En het is ook lastig. Als ik een klap zou krijgen is ook mijn eerste reflex om terug te slaan. En dan vraag ik van de kinderen dat ze dat niet doen maar mij komen halen.
 Het is inmiddels half 2 voor we aan tafel gaan en ook André thuis is met pleegje. Die grinnikt een beetje en vraagt: "is hij soms tegen mij aangelopen?" Herkenbare situatie.
 De kinderen zijn stil en uiteindelijk kunnen we erover praten. Gewoon en rustig en bieden ze ook excuses aan. Vanmiddag gaan we lief spelen! De jongste speelt de rest van de middag op zijn kamer. Resultaat van deze ochtend? Een gehavend gezicht van één van de jongens en buikpijn van de meisjes. Pleegje had dus behoorlijk zijn handen gebruikt. De middag is snel om en twee pleegjes gaan nog logeren bij grote zus. Dus weer een ritje Papendrecht. De kilometers zijn al weer gemaakt vandaag.
 Logeerpleegje heeft het naar zijn zin. Hij geniet van het contact met de andere kinderen.
En ik? Ik maak me zorgen. om dit pleegje. Over de plek waar hij nu woont. Het is er zeker niet beter op geworden sinds hij bij ons weg is. Terwijl dat wel de bedoeling was. Dat hij nog meer dingen zou gaan leren en verwerken. maar het lijkt erop dat het alleen maar slechter gaat. Zijn tweede plek in nog geen twee jaar Volgestopt met pillen. Zorgt dit ervoor dat het beter gaat? Ik heb hier grote vraagtekens bij.
De kinderen weten het wel. Laat hem maar weer hier komen wonen hoor! Ze bedenken met elkaar wel waar hij slapen moet en één pleegje wil zijn kamer nog wel delen ook. Ze hebben echt met hem te doen als hij verteld hoe het eraan toe gaat op de groep. Dat het zo simpel niet is begrijpen ze nog niet. Terwijl het eigenlijk wel zo simpel zou moeten zijn. !
 Dit bevestigd mijn mening weer. Ieder kind heeft recht op een gezin. Ieder kind is gebaat bij een plek in een gezin. Beter dan waar dan ook.
We gaan dit weekend genieten. Straks eerst de stad maar in om kleding te kopen voor logeer pleegje.
Achter dit pleegje staat ook een moeder die moet toezien hoe het steeds slechter gaat met haar kind. Als ik me verplaats in haar dan snap ik haar wanhoop, haar onmacht en haar verdriet. Dan kan ik meehuilen met haar en probeer ik er te zijn voor haar. Als praatpaal, als luisterend oor. En wie weet ook als spreekbuis naar de instanties toe.

stuiterig vakantiebegin

Na een heftige start vanmorgen, denk ik even rustig achter de computer te gaan zitten. Ja, dat gaan zitten lukt me wel ,maar dat rustig? Zou het komen dor de slechte start vanmorgen? Maar daar hadden de kids eigenlijk niet veel last van. Onze dochter had haar eerste stagedag en was het vergeten, dus moesten we haar in Goes brengen om op tijd te zijn, er moest er één naar de scouting en toen kwam dochterlief ook nog ziek naar huis. De ochtend was er één van stuiter de stuiter en tot overmaat van ramp waren de kinderen ook stuiterig. Baldadig naar elkaar toe en in eerste instantie heerlijk aan het kleuren. Maar dat liep al snel uit op ruzie en ging er één met veel lawaai naar zijn kamer waar het nog even na bulderde. Pfff, eerst maar middageten. De scouting en voetbal kinderen zijn inmiddels thuis. Dochter van de trein gehaald en nu denk ik, na een enorme strijk te hebben weggewerkt en vier wassen te hebben gedraaid en nummer vijf en zes draaien, even te schrijven. Maar ik kan mezelf niet horen tikken. Zo'n lawaai maken ze. En niet echt gezellig zijn ze ook. Komt er storm? Of moeten ze ontladen nu het vakantie is? Ik weet het niet maar op dit moment heb ik zin om alleen maar even heel hard te gillen: STILTE!!! Maar of ze daarvan onder de indruk zijn? Dus doe ik het maar niet en probeer ik me af te sluiten.
Mama; het is toch vandaag Valentijnsdag?
" Ja, maar ik geloof niet dat ik echt leuke valentijntjes in huis heb nu!"
 Ehh, vorig jaar kregen we iets lekkers.
" Ja, dat doen we niet elk jaar hoor, dat was vorig jaar. Nu gaan we drie dagen weg in de voorjaarsvakantie. Is dat geen leuke verrassing? "
Als het nog geen herrie was, wordt het nog meer herrie.
"Gaan we ergens heen wat op onze doe-lijst staat?"
 Ik glimlach." Het is een verrassing"!
 Oja, en dan gaat mama niks zeggen. Ze hebben het snel door. Nee, dan gaat mama niks zeggen. Maar als jullie zo druk en ruzieachtig blijven weet ik niet of ik het wel leuk vind om met jullie weg te gaan. Maar als wij het maar leuk vinden, merkt er één op. Ik zucht. Ja dat is ook zo. Het is jullie vakantie en ik hoef het niet leuk te vinden. Eerst maar even koffietijd doen dan? Misschien dat we dan met elkaar even kunnen bedenken hoe we het rustiger en leuker kunnen maken de rest van de middag. Dat lukte maar half. Uiteindelijk gaan ze met stofzuiger en al naar de speelkamer om op te ruimen. Want daarna doe ik er maar even een dvd in. Als de kinderen druk bezig zijn komt manlief thuis. Met een enorme mooie bos bloemen. Dat maakt mijn dag weer goed.

Gelukkig ben ik niet heel ziek geworden. Het bleef bij een middag en twee avonden vroeg op bed. Dus zondag kon ik heerlijk genieten van de doopdienst van onze zoon. Ik ben trots en dankbaar. Zoals hij daar stond. Stoer en sterk. Vertrouwend op God. Niet achterom kijkend, naar alles wat niet goed ging en fout was, maar vooruitkijkend naar hoe hij verder gaat met God.

De rest van de week is eigenlijk best rustig verlopen. Wel veel autoritjes. Twee keer een rit naar de Alblasserwaard. Een gezellige dag bij een vriendin en een verjaardag. Vandaar die grote was en strijk vandaag natuurlijk. Want dat blijft wel liggen. Al ben ik super blij met mijn hulp op vrijdag die door mijn huis suist en alles weer heerlijk schoon en fris maakt. Regelmatig wordt me de vraag gesteld of ik wel goed voor mezelf zorg in alle drukte die er is in ons gezin. Nou, dat doe ik dus wel.

Vrijdag hebben we met de andere gezinshuisouders besproken hoe we vorm geven aan de open dag voor gezinshuizen. Dit is een landelijke open dag en veel gezinshuizen zetten hun deuren open voor bezoekers. Een leuke flyer dient als uitnodiging. We hopen natuurlijk op veel belangstelling.






En nu, nu is het zeven uur en onze jongste telg ligt na veel gesputter en een boze bui in bed. Twee zitten er in bad en de rest heeft weinig meer om ruzie te maken en druk te doen. Dus de rust keert weer in huize Zwijnenburg. Straks met elkaar nog koffietijd en dan gaan ze allemaal hun bed in.
Rust. Zolang het duurt. Jippie! De vakantie is begonnen.!

donderdag

mama niet fit

Ook moeders krijgt een tik van de griep. Echt ziek kan ik niet zeggen, maar een bonkend hoofd en je dan weer heel koud voelen en dan weer in brand staan is niet echt dat je zegt:  ik voel me fit.
De dingen die gedaan moeten worden doe ik, maar net een tandje langzamer.
En wat baal ik daar dan van. Maar het is niet anders. Ook is het halen en brengen met de kinderen. Dan weer ziek, dan weer niet en zo wisselen ze elkaar af.

 En dan ineens heb je een dag dat iedereen weg is.
Dinsdag was zo'n dag. Ik voelde me nog heerlijk fit en iedereen was naar school, inclusief manlief. Ik kan niet uitleggen wat dat is, maar gewoon het huis helemaal voor jezelf alleen. Stilte.....Heerlijk.

Zeker na de maandag die behoorlijk heftig verliep. Het begon al uit school. De kinderen waren niet echt vervelend maar gewoon, druk. Overal om lachen en opmerkingen maken naar elkaar. De twee meiden gingen knutselen.  Twee waren heerlijk op hun kamer aan het rommelen. Onze jongste had speltherapie. En de twee overgebleven jongens waren zwaar irritant. Ik ben in de speelkamer maar gaan strijken om het een beetje in de gaten te houden. Dan lopen ze alleen maar heen en weer en staan uitdagend bij de meiden die lekker bezig zijn. Uiteindelijk moet ik toch aan het eten beginnen. Inmiddels is de jongste ook thuis met André. En dan horen we veel gebrul door de babyfoon. Foute boel in de speelkamer. André gaat poolshoogte nemen. De jongste is helemaal over zijn theewater heen en maakt het meest geluid. Dus die eerst maar eruit halen. Als André hem rustig heeft en hij kan vertellen wat er gebeurde hoort hij een enorme klap achter zich in de speelmaker. Gooit de ander de pianokruk door der speelkamer heen. Blijkbaar kon hij niet wachten op zijn beurt om te vertellen at er gebeurt is en is hij het niet eens met wat de jongste verteld. En ook de andere kinderen gaan zich ermee bemoeien en liegen ook allemaal. (volgens hem) Dus dan gooi je maar met spullen. André stuurt hem als eerste even naar zijn kamer. Dan kan de jongste zijn verhaal afmaken. Blijkbaar was hij heerlijk aan het spelen en is de ander zich gaan bemoeien en ging stoeien en dat liep uit de hand. En dan is het niet meer stoeien maar vechten. Meestal is het de jongste maar nu toch echt niet. Daar maken de anderen dan weleens misbruik van. Hij is het toch altijd dus krijgt hij nu ook wel de schuld. Maar zo werkt het niet in huize Zwijnenburg. Iedereen mag zijn verhaal doen en we praten net zo lang tot we de waarheid boven hebben. Op zijn kamer gaat de krukgooier nog even door. Zijn speelgoed moet het ontgelden. Het één en ander sneuveld dan ook. Als ik naar hem toe ga om hem te vertellen dat we op een andere manier onze boosheid uiten en niet door speelgoed kapot te maken, krijg ik terug: "het is toch mijn speelgoed? ik doe wat ik zelf wil daarmee". En iedereen haat mij en jullie haten mij ook. Ik laat hem even afkoelen. Als hij 's avonds geen sportles heeft en geen computer, omdat wij vinden dat hij te ver is gegaan, komen de tranen. Of het echt spijt is? Of verdriet om de gevolgen? We zullen zien. Als het goed is leert hij hiervan. Maar een dag later ramt hij , op school , een ander kind dat een natte sneeuwbal tegen hem aangooit vol in het gezicht. Hier is nog veel te leren. Omgaan met agressie op een goede manier.

Dinsdag dus een heerlijke dag. Van alles doen en net niks doen. Herken je dat? Soms is dat even prettig.
Maar nu gaat alles even niet helemaal zoals ik wil. Gisterenavond was het vroeg in bed.
En ook nu wil ik van alles, maar ik loop soms als een kip zonder kop rond. Vanmiddag maar even naar bed  geweest. Dat was heerlijk. Ik heb ook echt anderhalf uur geslapen. Daar knap je van op. Ik ben net op tijd wakker en kom tot de ontdekking dat de kids gehaald moeten worden. Ook André had er geen erg in, maar hij is snel naar school gegaan. Op tijd gelukkig. De kinderen hebben in de auto al op het hart gedrukt gekregen dat ze rustig iets moeten doen, want mama is ziek en ligt op bed. Verbaasd zijn ze als ik toch in de woonkamer ben . Ik ben dan ook best opgeknapt en moet nog het één en ander doen. Rustig zijn ze in elk geval wel. Ze voelen het toch aan als je zelf niet erg lekker bent. En dan kunnen ze er wel rekening mee houden.  Nu ook vanavond vroeg erin. En dan maar hopen dat het hierbij blijft.
Want de komende dagen zijn weer vol. Vrijdag moeten de koffers weer gepakt worden. Alle pleegjes gaan logeren en wij hebben vrij. (dus dubbel hopen dat ik niet zieker wordt).
Even samen zijn een dag. Maar dat vraagt vrijdag altijd weer een hoop drukte en geregel, voordat iedereen op de plaats van bestemming is en alles is ingepakt.
En dan zondag. Feest. Onze oudste zoon laat zich dopen. Hij heeft veel voor zijn kiezen gehad de afgelopen periode. Keuzes die hij maakte hadden grote gevolgen op zijn leven, maar nu heeft hij een radicale omkeer gemaakt. Ook dat vraagt wat, want dat geeft strijd. God volgen wil niet zeggen dat je leven makkelijker wordt. Hij heeft nog een lange weg te gaan voordat hij hier bovenop is maar hij staat er niet alleen voor. Dus ziek of niet ziek: zondag ben ik erbij.