gezinshuis

gezinshuis
de morgenster

zaterdag

tel je zegeningen

Vandaag komt de grote mensen visite toch? Vragend kijkt hij me aan als ik vanmorgen zijn kleren pak. Ja, maar vanmiddag pas: zeg ik. Maar dat is toch vandaag? Gelukkig ben ik niet echt vroeg opgestaan. Het was vrijdag een beetje hectisch. André is het weekend weg met onze zoon. Dus ik sta er alleen voor. Nou, dan merk je wel wat je mist. We runnen ons gezin echt samen. En zeker in het weekend. Maar die verjaardag moest ik toch echt vieren. Over twee weken is er weer één jarig. Dus, dan maar alleen. En dat lukt natuurlijk best, maar het is wel even aanpoten. En als de kinderen dan al zenuwachtig om de paar minuten komen vragen of de visite al komt...Eerst nog appelflappen bakken. Vrijdag had ik de fototaart van de hema al opgehaald. Dus ik hoefde de deur niet meer uit voor boodschappen. Eindelijk is het dan tijd om mama op te halen. Want die hoort er te zijn. In de auto praat hij honderd uit. En vragen die er komen. Mama weet er soms geen raad mee, maar probeert zoveel mogelijk antwoord te geven. Maar vaak is na een antwoord de weder vraag: waarom? We merken dat hij z'n plekje gevonden heeft bij ons. Er is rust in zijn lijfje en hoofd gekomen. En dan is het tijd om alles te verwerken en een plekje te geven. Langzaam druppelt de visite binnen. En wat geniet hij ervan. Al die aandacht en kado's. En natuurlijk mama en zijn broer, die er allebei zijn. Als zijn broer weggaat komen de tranen. Dapper zwaait hij nog. En dan rent hij naar de veranda. Daar horen we hem gierend huilen. Mama weet even niet wat ze moet. Ik ga erheen. Maar de kinderen zitten allemaal al om hem heen om hem te troosten. Dan zie je een begrijpen, een mee voelen omdat ze weten wat het is en hoe het is. Steeds maar weer: afscheid nemen. Het is hartverscheurend om hem zo verdrietig te zien, maar dan komt de psychologische kijk hier op weer om de hoek kijken bij mij. Eigenlijk is het heel goed. Als kinderen zomaar afscheid nemen zonder dat het iets met ze doet is het niet gezond. Dit kind heeft dus toch wel enige mate van hechtingsmogelijkheden. En dat is een lichtpuntje. Ik neem hem mee en kroel even met hem. Onze dochter zegt: ja, jij heb geluk zeg. Jij hebt gewoon twee mama's die jou kunnen troosten en knuffelen. Hij lacht en ik geef hem aan mama. Die vind het ook duidelijk moeilijk. Ook voor haar is het steeds weer afscheid nemen. En je kind overlaten aan anderen. Ik voel met haar mee. Als mama weggebracht moet worden komen de tranen weer. En is hij boos. Ik ga niet slapen, nooit meer en ik ga alle chocolade opeten nu! Als ik hem even streng toespreek is het over. Hij gaat mee om mama weg te brengen en kletst weer honderduit. Als mama thuis is en uit de auto stapt geeft hij ze een dikke kus en zwaait. Dag mama, ik ben moe. Thuis breng ik hem naar bed. Hij heeft zijn nieuwe deken die hij van mama kreeg van Cars over zich heen. Hij nestelt zich heerlijk in bed en met zijn heldere stem zingt hij zijn gebedje. Hij kijkt me aan en zegt: toen ik vroeger bij mama was wist ik niet dat de Heere God er altijd is, en nu wel. Ja jongen Hij is er altijd en zorgt voor je, waar je ook bent. Na zo'n dag ben ik zo dankbaar voor het werk wat ik mag doen. Dat God ons deze taak heeft toevertrouwd is een groot voorrecht. We mogen van zoveel dingen genieten. Ik tel ook nu weer mijn zegeningen. Maar mis mijn mannetje wel. Maar een weekend is snel voorbij....

Geen opmerkingen:

Een reactie posten